19 april, Goede Vrijdag,

Tot het uiterste

Wijsheid 2:1, en 12-24, Exodus 12:21-28, Johannes 18:1-19:42

De goddelozen redeneerden onjuist toen zij onder elkaar zeiden: Kort en vol verdriet is ons leven, er is geen remedie tegen de dood…’ Zo klinkt de eerste regel waarmee de dienst van Goede Vrijdag begint. Lijden en dood… geen mens die er geen ervaring mee heeft. Het is soms zo veel dat mensen te verduren hebben. We volgen de weg die Jezus ging, en naast hem dragen we ons eigen kruis, het verdriet om wat onszelf en anderen overkwam en overkomt. Als we de moeilijkste uren uit het leven van Jezus mee-beleven wordt pas echt duidelijk wat het betekent dat God in Christus mens geworden is. Aan den lijve heeft Hij ervaren wat lijden en sterven is. En toch is dit een verhaal over hoe die goddelozen, die in het boek wijsheid worden genoemd, geen gelijk krijgen. Er ís een antwoord op de dood. Maar niet één die de dood kan voorkomen. De dood wordt niet omzeild, maar dwars er doorheen wordt een nieuw begin zichtbaar. Die zien we niet meteen. Maar we kunnen ons vasthouden aan het geloof dat God trouw is, en erbij is, als mensen tot het uiterste moeten gaan.9 april, Goede Vrijdag,