Witte Donderdag – de dag met een gouden randje
Zomaar op vakantie in de Oostenrijkse Bergen. Zo kan ieder vakantieverhaal beginnen. Ook dit verhaal van iemand die ’s morgens vroeg op pad gaat om de bergen in te trekken. ‘s Avonds maakt hij zijn eten voor de komende dag klaar. De volgende morgen is hij al een aantal uren onderweg als hij echt een lekkere trek krijgt. Hij maakt zijn rugzak open en ontdekt dat hij vergeten is zijn eten mee te nemen. Hij denkt: ik kan natuurlijk teruggaan, maar doet hij niet. Hij kiest ervoor om rond het middaguur de top van de bergen te bereiken en hoopt een adresje te ontmoeten waar hij wat kan eten. Hij voelt zich wat duizelig worden en in geen velden of wegen zijn_ andere stoere wandelaars te ontdekken.
Rond drie uur in de middag ziet hij een kleine boerenwoning, bewoond door een bejaard stel, echte bergbewoners, verweerd, zonder veel woorden. Nadat hij verteld had wat er aan de hand was, staat de vrouw op en neemt brood en kaas. De man haalt wijn._
Hij gaat aan tafel en eet. De man zit links van hem, de vrouw rechts. Ze eten met hem mee. Zijn honger is zo groot dat hij geen puf meer heeft om veel te vragen of te vertellen.
Toen sprak de man links van hem ‘De mens leeft niet van brood alleen’. En zijn vrouw voegde daaraan toe_ ‘En zonder medemens kan men helemaal niet leven’. Toen viel er een diepe stilte.
Wat daar gebeurde, overstijgt de werkelijkheid. Zij hadden_in hun al hun eenvoud veel meer gegeven dan brood alleen. Een geheim dat niet in woorden is te beschrijven.
En dat gebeurt tot op de dag van vandaag en licht op in het alledaagse leven waar mensen brood en wijn zijn voor elkaar.
Daarom rust_ het goddelijke in het alledaagse. Eten en drinken zijn belangrijk. Iedereen heeft daarin een taak. Dus ook de kerk, ja ook de gemeenschap van de parochie i.o.van de H.Elia in Mijdrecht.
Laat u niet van de wijs brengen als iemand tegen u zegt: ach, het is maar een druppel op de gloeiende plaat. Is dat zo? Of toch niet?_ Daarom de herhaalde oproep om brood te zijn voor elkaar en voedsel om te kunnen leven. Dat leidt tot onmogelijke consequenties en die consequenties doorzien en weerstaan, juist dat beseffen wij in de viering van Witte Donderdag. Dus ook bij de dreiging van ondergang en dood._
Als wij brood en wijn, lichaam en bloed van Christus, ontvangen op Witte Donderdag, dan wordt ons deze dimensie getoond. Zelfs met je machteloosheid en kwetsbaarheid. Wij zijn onderweg, zoals die wandelaar en velen met ons, en ook wij verwachten dat er altijd mensen zijn die als brood en wijn aanwezig komen. Dat wij zulk soort mensen mogen zijn, dat wens je dan al mijmerend. Die opdracht geldt de kerken van Christus en haar leden.
Dit geheim vieren wij met gepaste eerbied._ Met verstilde vreugde en ingetogenheid. Een levensechte stimulans om recht te doen aan het lijden, sterven en verrijzen van Gods kinderen en om in die opdracht recht overeind te blijven.
U allen groetend,
Klaas Jan Homan,
assisterend pastoor